Dit boek (uit 2023) bevat de volgende hoofdstukken:
1. Tien redenen waarom het Europese asielstelsel doodziek is;
2. De politieke ontstaansgeschiedenis van de vluchtelingencrisis;
3. Een nieuw wirtschaftswunder?
4. Onderschatte terreurdreiging;
5. Slachtoffers en daders;
6. Waarom Oekraïne anders is;
7. Een realistische utopie
Dit uittreksel beperkt zich tot een samenvatting van hoofdstuk 7, Een realistische utopie. Dit hoofdstuk bevat de volgende onderwerpen:
- van individueel asielrecht naar humanitaire contingenten;
- Een uitzondering voor de Europese buurlanden;
- Humanitaire visa;
- Economische migratie;
- Terugname-akkoorden
- De Australische aanpak
- Hoe een hervormd asielbeleid eruit kan zien.
Van individueel asielrecht naar humanitaire contingenten
Een jaarlijks contingent van politiek vervolgde vluchtelingen zou de planning van de immigratie van vluchtelingen vergemakkelijken en zorgen voor een gelijkmatige behoefte aan middelen voor opvang en integratie. Dit zou de spanningen op de arbeids- onderwijs- en huisvestingsmarkten verlichten en de integratiekansen van de vluchtelingen verbeteren. De criteria voor toelating tot een vluchtelingencontingent zouden veiligheids- en identiteitscontroles moeten omvatten. De vaststelling van de identiteit omvat ook de verificatie van de leeftijd. Dit ter voorkoming van veelvuldige problemen met daders van misdrijven, die beweren minderjarig te zijn en er daardoor vaak met lichte straffen vanaf kwamen en niet konden worden uitgezet. (p. 217).
De grootste voordelen van een contingenten-oplossing zouden echter voor de vluchtelingen zelf zijn. Omdat de beoordeling van hun behoefte aan bescherming zou plaatsvinden in de landen van de eerste opvang in de vluchtregio, zouden zij vanaf de eerste dag van hun aankomst in de regionen zekere verblijfstatus hebben en het recht om te werken en te studeren, zodat zij onmiddellijk met hun integratie kunnen beginnen. Om naar Europa te komen hoeven zij niet hun schamele spaargeld op te offeren, of zich aan smokkelaars to te vertrouwen en hun leven (en de vrouwen onder hen niet zelden ook hun lichamelijke integriteit) op het spel te zetten, maar zouden zij legaal en veilig naar Europa worden gebracht.
Niet de sterke, jonge, mannelijke en relatief welvarendere mensen zouden in Europa de meeste kans hebben op bescherming, maar iedereen zou dezelfde kans hebben. Groepen die bijzondere bescherming behoeven zouden voorrang kunnen krijgen,( p.218).
Deze oplossing zou vergelijkbaar zijn met het Canadese vluchtelingenbeleid. Canada neemt vrijwel alleen vluchtelingen op via humanitaire quota en na een selectieprocedure die niet alleen rekening houdt met de behoefte aan bescherming, maar ook met veiligheidsaspecten (p.219). Het zou ook een veel grotere humanitaire opbrengst hebben en tegelijkertijd de vele onbedoelde, soms dodelijke, neveneffecten van het huidige asielstelsel vermijden.
Een uitzondering voor de Europese buurlanden, (p. 220 - 222)
De contingenten-oplossing werkt dan niet, bijvoorbeeld de Oekraïense vluchtelingencrisis.
Een moeilijkere vraag is of de Noord-Afrikaanse landen aan de zuidkust van de Middellandse Zee ook als directe buren van de EU zouden moeten worden beschouwd. Spreekt voor zich. Opvang uit eigen regio. Daar komt bij dat er geen of weinig effectieve terugnamen akkoorden met de Noord-Afrikaanse landen bestaan.
Humanitaire visa, (p. 223 - 225).
Een tweede, numeriek veel kleinere groep voor wie de contingenten-oplossing tekortschiet, zijn de groep individuele politiek vervolgden, of door levenswijze of godsdienst vervolgden.
Momenteel biedt in Europa alleen Zwitserland de mogelijkheid van een humanitair visum.
Economische migratie, (p. 225 - 228).
De meeste asielzoekers die vanuit Afrika naar Europa komen, zijn echter economische migranten die geen aanspraak kunnen maken op bescherming uit hoofde van het asiel- en vluchtelingenrecht.
Er zijn echter twee goede redenen om toch legale alternatieven voor economische migratie te creëren. De eerste reden is dat zij kunnen dienen als ruilmiddel voor effectieve terugname akkoorden met de herkomstlanden. De tweede reden is dat er in veel Europese economieën een tekort is aan arbeidskrachten in bepaalde sectoren; deels voor geschoold, maar deels ook voor laaggeschoold of ongeschoold werk.
Niettemin zou gecontroleerde arbeidsmigratie uit regio’s als Noord- en West-Afrika, de Kaukasus, of het Indiase subcontinent ook gunstig kunnen zijn voor Europa. Uit een vergelijking tussen migratie naar de VS en naar Duitsland blijkt hoe verschillend de resultaten kunnen zijn. De VS stuurt de migratie op arbeidsmarktcriteria, terwijl de migratie naar Duitsland voornamelijk irregulier via het asielkabaal verloopt en op geen enkele wijze is afgestemd op de vraag van de arbeidsmarkt.
Terugname akkoorden, (p. 229 - 234)
Humanitaire toelatingsquota, humanitaire visa voor individuele politiek vervolgden en legale kanalen voor economische migratie lukken alleen als tegelijkertijd de irreguliere migratie resoluut wordt terug gedrongen. Bij gebrek aan voldoende belangstelling aan de kant van de transit- en herkomstlanden functioneren de meeste terugname akkoorden slecht. Beide partijen zouden elkaar ter verantwoording moeten kunnen roepen. Voorbeeld: Duitsland en Nigeria. Als Duitsland zijn quota voor arbeidsmigratie niet haalt dan zou Nigeria de terugname voor zijn burgers kunnen opschorten. En andersom: als Nigeria zich niet aan de afspraken houdt dat zou Duitsland de afgifte van arbeidsmigratie visa kunnen beperken. Op Europees niveau zou dit ook kunnen. Het principe kan ook toegepast op humanitaire contingenten: nemen transitlanden of landen van oorsprong hun eigen onderdanen niet terug dan neemt de Europese Unie op haar beurt geen burgers op uit betreffende transitlanden of landen van oorsprong. Dit principe was ook onderdeel van de EU-Turkeijedeal, maar is nauwelijks uitgevoerd.
De Australische aanpak (p. 234 - 246)
De grootste obstakels voor het terugdringen van irreguliere migratie ligt in Europa zelf. Zolang iedereen die voet op Europese bodem zet, of in internationale wateren door een Europees schip wordt gered, recht heeft op een asielprocedure in Europa en dit ertoe leidt dat bijna iedereen zelfs op langere termijn kan blijven, zal er niets veranderen aan de aantrekkingskracht van het Europese asielstelsel. Tot nu kan Europa alleen een minimum aan controle over migratie behouden door migranten met geweld van zijn buitengrenzen weg te houden (Push backs e.d.), of door van autocratisch bestuurde landen aan zijn buitengrenzen ‘uitsmijters’ te maken (Turkije, Libië, Tunesië, etc.).
De vraag is of Europa op deze weg moet doorgaan, of dat Europa de prikkels om irregulier naar Europa te komen wil verminderen en in plaats daarvan zich wil richten op het uitbreiden van legale migratiekanalen. Voor deze laatste weg is een blik op het vluchtelingenbeleid van Australië nuttig. Als reactie op de sterke toename van migratie heeft Australië eind 2001 de zogenaamde Pacific Solution geïntroduceerd: vluchtelingen werden overgebracht naar het eiland Maus in Papoea-Nieuw-Guinea of naar het onafhankelijke eiland Nauru in de Stille Oceaan om daar hun aanspraken op de vluchtelingenstatus te laten toetsen. Alleen zijj die als vluchteling werden erkend werden vervolgens door Australië geaccepteerd, en een kleiner aantal door Nieuw-Zeeland. De andere migranten werden teruggestuurd naar hun land van herkomst.
Dit leidde ertoe dat vanaf 2002 nauwelijks meer vluchtelingenboten probeerden de Australische wateren te bereiken en dat er sindsdien geen vluchtelingen meer verdronken.
Het Australische vluchtelingenbeleid is daarmee vele malen humaner dan het Europese beleid, waarbij men het idee kan krijgen dat Europese politici veel minder last van gewetensnood hebben over het aantal verdrinkingen in de Middellandse Zee of het verhongeren in de Sahara-woestijn.
Australië neemt het op twee na grootste aantal vluchtelingen op via het hervestigingsprogramma van de UNHCR, na de VS en Canada. Australië probeert de migratie te sturen door legale migratiekanalen te openen, zowel economisch als humanitair, maar tegelijkertijd irreguliere migratie effectief terug te dringen.
Momenteel proberen twee Europese landen het Australische beeld te volgen. Denemarken heeft in 2021 een wet aangenomen, die bepaalt dat mensen die aan de Deense grens asiel aanvragen zonder geldig visum naar een land buiten de Schengenzone te brengen waar hn asielverzoek wordt behandeld. Uitzonderingen zijn bijvoorbeeld dringende gezondheidsredenen.
In een derde (veilig) land erkende vluchtelingen zouden niet naar Denemarken mogen komen, maar zouden in dat derde land bescherming krijgen, met toegang tot de arbeidsmarkt, onderwijs en gezondheidszorg, oftewel rechten waarin het Vluchtelingenverdrag van Genève voorziet. Denemarken heeft hierover een nog niet bindend “memorandum van overeenstemming’ getekend met het Centraal-Afrikaanse Rwanda.
Het beginsel van non-refoulement (het verbod om vluchtelingen terug te sturen naar het land waar zij vervolging vrezen) bepaalt niet dat asielzoekers niet naar een ander land mogen worden gebracht indien dat land ermee instemt, een eerlijke asielprocedure garandeert en het beginsel van non-refoulement eerbiedigt.
Hoe een hervormd asielbeleid eruit kan zien (p. 246 - 261)
Asielmigratie:
Vaststelling van een jaarlijks quotum voor humanitaire migratie, met mogelijkheid tot opschorting bij oorlog, zoals in Oekraïne; en vervolgens:
Doeltreffende terugname akkoorden met herkomstlanden van asielzoekers
Ombuigen van irreguliere naar reguliere migratie;
Uitbesteding van asielprocedure aan derde (veilige) landen.
Economische migratie:
Vaststelling van een jaarlijks quotum voor economische migratie met de volgende zelfregulering: hoe beter repatriëring van irreguliere migranten werkt, hoe meer de quota kunnen worden benut. Als repatriëring mislukt bestaat het tegengas uit het verlagen van de quota. Dit moet wel worden opgenomen in terugname akkoorden.
Opmerking:
Bij terugname akkoorden kan men ook nog denken aan het opvoeren, opschorten of terugdraaien van economische samenwerking als zelfregulerend mechanisme.
Klaas Kwint
Naschrift:
Op basis van dit boek en enkele andere bronnen heb ik een vijf-puntenplan migratieplan opgesteld.
1. Asielintake in de regio, bij erkenning status, vluchtelingen verdelen over Europa;
2. Elk (EU) land een jaarlijks asielquotum;
3. Effectieve terugname akkoorden;
4. Betere bewaking buitengrenzen EU;
5. Meer samenwerking EU met derde landen. Doel: welvaartsverschillen verkleinen.
Toelichting punt 1:
In veilige Afrikaanse en/of Aziatische landen de asielintake uitvoeren, in samenwerking met betreffende veilige land, UNHCR en het Rode Kruis. Bij toekenning van asiel aan een politiek vluchteling, tevens diens kerngezin de juiste papieren verstrekken, een gezondheidstest laten doen, vragen naar scholing/werkervaring, en op het vliegtuig zetten naar een Europees land, of een (ander) Afrikaans of Aziatisch land, eventueel met Europa als back-up als dat niet lukt.
Een humane migratie:
· vluchtelingen hoeven geen duizenden kilometers meer te reizen. Alleen al in de afgelopen 10 jaar zijn meer dan 26.000 mensen verdronken in de Middellandse Zee op weg naar het Europese asielsysteem;
bron: “De Asielloterij” - Ruud Koopmans;
· Het kerngezin (ouders met kinderen) is gedurende de hele migratie bij elkaar, zodat
gezinshereniging niet meer aan de orde is, dus ook geen voor- en nareizigers meer;
Een morele migratie:
· vluchtelingen zijn niet meer afhankelijk van mensensmokkelaars, lopen geen risico meer op beroving, verkrachting of de dood, zijn niet meer hun spaargeld kwijt aan mensensmokkelaars,
· of hoeven hun reis niet meer voor te financieren en terug te betalen met dwangarbeid en/of met prostitutie,
bron: “Een volgend kabinet moet uit morele val van huidige asielbeleid
· ontsnappen”, Interview Ruud Koopmans in FD, 22 juli 2023.
Een rechtvaardige migratie:
· degenen die hulp van de EU niet nodig hebben worden niet meer opgenomen en belasten zo ook niet meer de middelen en opvangcapaciteiten die nodig zijn voor degenen die echt bescherming nodig hebben,
bron: “Een volgend kabinet moet uit morele val van huidige asielbeleid ontsnappen”, Interview Ruud Koopmans in FD, 22 juli 2023
Een ‘gedeelde’ migratie:
· Ook Afrika en Azië moeten hun verantwoordelijkheid nemen t.a.v. migratie onder het beginsel: “elk continent heeft zijn eigen vluchtelingentent”.
Toelichting punt 2.
Elke EU-lidstaat (EU) hanteert een instroom-quotum op jaarbasis. Door deze quota kan elk land tijdig voldoende huisvesting, scholing en zorg regelen voor politieke vluchtelingen en zo ook de welvaartsstaat overeind houden, ook voor vluchtelingen. Alle leden van het kerngezin tellen ieder afzonderlijk mee voor deze quota. Daarnaast moeten de EU-lidstaten stoppen met de ’voorzieningenmigratie’, door Ruud Koopmans ook wel de ‘lokroep’ genoemd,
bron: interview Ruud Koopmans in AD, 13-08-2023
Toelichting punt 3:
Terugdringen irreguliere migratie. Hieronder vallen onder meer afgewezen asielzoekers – zoals ‘veilige landers’ – en illegalen;
Toelichting punt 4:
Onder meer tegen irreguliere migratie en tegen ‘wapening’ van vluchtelingen;
Toelichting punt 5:
Mensen minder reden geven om huis en haard te verlaten (en te sterven op zee of in de woestijn) door:
1. Mensen die zelf een product maken, deze ook zelf te laten exporteren (Tunesische boer exporteert zelf diens geproduceerde olijfolie);
2. Afrikaanse elite zelf belang laten krijgen bij de ontwikkeling van hun land door hun opbrengsten van corruptie en staatsroof niet meer te laten beleggen in het ‘Westen”, maar te steken in scholen en ziekenhuizen in eigen land;
3. Westerse bedrijven moeten zakelijke prijs betalen voor producten (zoals koffie) uit Afrika, anders importeer je de zoon van de Afrikaanse (koffie)boer. En gewoon belasting betalen in Afrika;
4. ‘Goed bestuur’, dus bijvoorbeeld dat die € 1 miljard aan Tunesië terecht komt bij de bevolking;
5. Immigratie vervangen door geld te sturen naar mensen en ondernemers. Zij weten zelf het beste wat ze nodig hebben voor hun dorpen en bedrijven.
Bron: Volkskrant, 18 juli 2023